Leve de grote stad
« Voorgaand artikel |
Overzicht
| Volgend artikel »
Intelligent ontwerp
29 juni 2005
Minister van der Hoeven heeft zich wat op de hals gehaald met haar voorstel om aandacht te besteden aan de theorie van het intelligent design. Er was onmiddellijk een kamerdebat en ook de wetenschappelijke hoek liet zich niet onbetuigd. In dit geval waren, dacht men, de principes van respectievelijk scheiding van kerk en staat en scheiding van geloof en wetenschap in het geding.
Men veronderstelt namelijk, niet helemaal zonder grond, dat de aanhangers van het intelligent design theoretisch ruimte willen maken voor een schepper. Zij doen dit door de evolutietheorie te kritiseren, daar waar deze de ontwikkeling van het leven op toevallige verandering en natuurlijke selectie baseert. Hun contrastelling luidt dat de evolutietheorie hier niet in slaagt en de ontwikkeling van het leven niet zonder een ontwerp verloopt, of kan verlopen. En waar een ontwerp is, moet ook een Ontwerper zijn.
De opwinding kwam mij voor als loos alarm. Ik dacht niet dat de minister onder druk van haar kerk opereerde en ik heb evenmin iets gemerkt van een gelovige pressiegroep die deze theorie onderwezen wil zien. Zou dit wel zo zijn geweest, dan had het mij in ieder geval zeer verbaasd.
Ik ben groot geworden met de opvatting dat de Bijbel literatuur is, die bij nauwkeurige lezing haar boodschap prijsgeeft - dat het scheppingsverhaal bijvoorbeeld vertelt hoe het aardse toneel wordt klaargemaakt voor de bevrijdingsgeschiedenis van God met zijn mensen; dat dus op deze aarde een vrij en goed mensenbestaan mogelijk is. Niemand in mijn omgeving kwam op het idee dit als een natuurkundeboek te lezen. Niemand in mijn omgeving greep terug op de uitspraak van de Gereformeerde Synode van 1926, dat de slang in het paradijs "zintuiglijk waarneembaar gesproken" had. Laat staan dat iemand in mijn omgeving het in zijn hoofd zou halen de wetenschap met zulke 'kennis' concurrentie aan te doen.
Inmiddels is wat ik hier 'mijn omgeving' noem ruimschoots algemeen geworden. Er zijn weinig gelovigen die pogen met hun geloof de wetenschappelijke ruimte dicht te timmeren. Merkwaardigerwijs zijn er dus wetenschappers, die als wedergeboren atheïsten het omgekeerde willen doen.
Herman Meijer - column Reveil juli 2005