Leve de grote stad
« Voorgaand artikel |
Overzicht
| Volgend artikel »
Antwoord aan CP en CD; algemene beschouwingen
13 december 1990
Voor het eerst hadden de raadsleden van CD en CP hun mond opengedaan, bij de algemene beschouwingen van 1990. De Raad was geschokt en had het gevoel in eerste termijn niet adekwaat te hebben gereageerd. Het was beslist nodig om er in tweede termijn op terug te komen. De algemene beschouwingen worden in Rotterdam integraal op de televisie uitgezonden. Dat maakt een duidelijke uitspraak van de demokratische partijen extra gewenst. Herman Meijer zei er in tweede termijn het volgende over.
Het derde onderwerp heeft betrekking op de laatste sprekers van gisteravond. Als wij hier tot het aanhoren van dergelijke walgelijke verhalen worden gedwongen omdat wij dat onze democratische plicht achten, vind ik dat wij er ook iets van moeten meenemen, dat wil zeggen er iets wijzer van moeten worden. Wij kunnen iets wijzer worden over de structuur van de vertogen. Ik ben niet van plan op alle geluiden uit de politieke onderwereld in te gaan, maar daarom gaat het mij ook niet. Het gaat mij erom dat wij erachter komen hoe zulke verhalen in elkaar zitten. In dit verband wil ik op één speciaal effect wijzen, te weten het spiegeleffect. Het is in al dergelijke verhalen een vast gegeven dat datgene wat men de tegenstander of de vermeende tegenstander in de schoenen schuift of hem aanwrijft, iets over de spreker zelf zegt. Dat is een heel normaal principe. Wij zien dat ook bij kinderen: 'alles watje zegt ben je zelf. Dat is hetgeen er aan de hand is. Als men zelf van plan is te discrimineren, zegt men dus dat men gediscrimineerd wordt. Ik zou een frappant voorbeeld willen noemen uit het verhaal van Termijn, dat ook antwoord geeft op de door hem gestelde vraag. Hij heeft gesteld dat anti-racismecomité's racisme opwekken.
Dat is hetzelfde als te zeggen dat paraplu's regen opwekken; het is dus feitelijk onzin en moet daarom op iets anders wijzen. Het wijst terug naar de spreker zelf. Dit is een simpel voorbeeld van tekstanalyse; iedereen die zich hiermee bezighoudt, zal kunnen zeggen dat een dergelijk spiegeleffect optreedt. Als wij de teksten nauwkeurig nalezen, komen wij dat om de haverklap tegen. Ik wil voorts één wezenlijk voorbeeld uit het verhaal van Riff noemen. Hij heeft het gehad over de muren die allochtone groepen om zichzelf heen hebben getrokken. Wat is hier aan de hand? Die muren, waarover Riff het heeft, bouwt hij zelf. Als wij het betoog van Rieff volgen - ik heb een uitgebreide lijst met opmerkingen; die zijn misschien ook strafrechtelijk interessant, maar daarover wil ik het nu niet hebben -, zien wij dat hij voortdurend bezig is muren om minderheidsgroepen op te bouwen, er cirkels omheen te trekken en die groepen af te grenzen en te isoleren. Zijn gehele verhaal is erop gericht minderheidsgroepen te isoleren en hij doet dat met woorden en bij herhaling. Het is in feite de permanente logica in zijn gehele verhaal. Hij bouwt muren van haat en achterdocht en nog dagelijks metselt hij zijn giftige steentjes daar bij. Dergelijke muren maken onze maatschappij kleiner dan nodig is. Wij zijn bezig met het scheppen van ruimte, met het nemen van maatregelen om mensen meer kansen te geven en met het slechten van barrières. Wij willen de maatschappelijke ruimte groter maken en daarmee de mogelijkheden voor emancipatie en voor integratie vergroten. Genoemde sprekers maken onze maatschappij kleiner, zij plegen daarmee wel degelijk een inbreuk op een goede, Nederlandse traditie en zijn in strijd met de traditie van verdraagzaamheid die dit land tot op heden Gode zij dank kenmerkt.
Ik vind het van belang dit vast te stellen, omdat het ook iets zegt over de manier waarop wij naar dergelijke verhalen kunnen luisteren zonder meteen uit ons vel te springen. Het maakt ons namelijk iets duidelijk; het maakt in elk geval duidelijk dat wij, afgezien van het feit dat wij mensen mogelijkheden moeten bieden en hun faciliteiten moeten aanreiken, ook consequent barrières moeten blijven weghalen, en dat de bestrijding van racisme, als het om emancipatie en integratie gaat, een permanente opgave is.