Leve de grote stad

« Voorgaand artikel | Overzicht | Volgend artikel »

 OIDIPOUS

Zijn vader heeft hij vermoord
En zijn moeder heeft hij beslapen
Het klinkt misschien ongehoord
Maar het is toch echt gebeurd
Zo staat het in een mythe
En da’s een waar verhaal
Het schijnt zelfs dat slimme lieden
Het zeggen allemaal
Zijn naam is Oidipous
Hij heeft ooit echt bestaan
En in elk mannenleven
Gaat pa opnieuw eraan

Verlangt hij zo naar zijn moes
Maar zijn vader die heeft zo’n haast
Zijn hand is in haar bloes
En zoonlief grijpt ernaast
Dat vreet zich in zijn psyche
Vormt zijn persoonlijkheid
Daar is telkens die vader
Die hem in de wielen rijdt

Zijn naam …

Dus zoekt hij altijd naar een vrouw
Die zijn moeder had kunnen wezen
En ergert hij zich dus blauw
Als zij met een ander keest
Wedijvert met zijn zoontje
Om de aandacht van zijn wijf
En op zijn vaders toontje
Vloekt hij zijn mindere stijf

Zijn naam …

Als vader en moeder en ik
Verschijnt aan jou dus de wereld
Een driehoek rondom een pik
Die het maagdenvlies verbreekt
En heb je zelf geen vader
Dan gaapt er wel een gat
Maar in ditzelfde kader
Verklaart een gat heel wat

Zijn naam …

Op een dag blijkt het ventje een nicht
Heeft de driehoek toch niet gewerkt
Geen papa en mama en ik
Maar geilheid zonder zin
Zijn zaadjes in zijn zakdoek
Of zomaar doorgeslikt
Die stroom verzwelgt de driehoek
Tot vader erin stikt

Zijn naam …